Definitieve wijzigingen in Standaard 700 met betrekking tot de verplichte rapportering over continuïteit en fraude in de controleverklaring
Het bestuur heeft op 8 december de wijzigingen in Standaard 700 met betrekking tot de verplichte rapportering over continuïteit en fraude in de controleverklaring goedgekeurd. Dat besluit is overeenkomstig het uitgewerkte advies van het Adviescollege Beroepsreglementering (ACB) aan het bestuur. De belangrijkste wijziging ten opzichte van het eerdere consultatiedocument is dat de verplichting vooralsnog alleen geldt voor het Wta-domein. Tevens zal de maatregel over twee jaar worden geëvalueerd.
Op het consultatiedocument zijn 32 reacties binnengekomen, met een zeer gemengd beeld. Daarnaast zijn leden geconsulteerd via een webinar en is er een debatbijeenkomst gehouden.
Het bestuur is van mening dat het belangrijk is meer zichtbaar te maken wat accountants aan continuïteit en fraude doen opdat stakeholders zich daarover een oordeel kunnen vormen. Door dit in de controleverklaring op te nemen vragen we alle accountants tevens om expliciet over continuïteit en frauderisicofactoren ook de discussie aan te gaan met de gecontroleerde en de betreffende toezichthouders (RvC/RvT). Zo maken we tastbaar wat je van een accountant mag verwachten.
Het ACB heeft de volgende punten onder de aandacht van het bestuur gebracht:
- Fasering invoering (oob/wta/overig)
- Proportionaliteit
- Toevoegen bevindingen/observaties/uitkomsten
- Toevoegen van Standaard 250 aan fraude
Fasering invoering (oob/wta/overig)
De verplichte rapportering over verslagjaar 2021 is uitsluitend van toepassing voor de controle van oob's met betrekking tot het onderwerp fraude. De oorspronkelijke bedoeling was om vervolgens met ingang van verslagjaar 2022 verplichte rapportering over continuïteit voor oob's, alsmede de verplichte rapportering over continuïteit en fraude voor niet-oob's in te laten gaan.
Het bestuur heeft gelet op de consultatiereacties besloten om in de fasering van inwerkingtreding een knip aan te brengen tussen het Wta-domein en het niet-Wta domein. Dat betekent dat de verplichte invoering van rapportering over fraude en continuïteit met ingang van het verslagjaar 2022 alleen betrekking heeft op controle-opdrachten in het Wta-domein. Over twee jaar zal de effectiviteit van de maatregel worden geëvalueerd. Op basis hiervan zal tevens een nader besluit worden genomen of een verplichtstelling voor alle andere controle-opdrachten passend is.
Proportionaliteit
De consultatiereacties gaven op dit punt een zeer gemengd beeld, variërend van 'in alle gevallen rapporteren' over continuïteit en fraude, tot het niet rapporteren als 'er niets te melden valt'. Het bestuur heeft hierin een middenweg gekozen waarbij in alle situaties over continuïteit en fraude moet worden gerapporteerd, maar dat de sectie in de controleverklaring in verkorte vorm kan worden opgenomen indien één of beide onderwerpen geen significante aandacht van de accountant hebben vereist.
Toevoegen specifieke uitkomsten en waarnemingen
De meeste respondenten zijn het oneens met het verplicht opnemen van specifieke uitkomsten en waarnemingen. Het is belangrijk dat juist ook de opstellers van het jaarverslag hierover transparant zijn. Tegelijkertijd begrijpt het bestuur heel goed dat de controleverklaring voor gebruikers aan waarde kan winnen indien deze informatie ook daar wordt toegevoegd. Daarom wordt het opnemen van uitkomsten en waarnemingen aangemoedigd zeker indien er aanwijzing van mogelijke fraude is. Een verplichting is echter op dit moment een brug te ver. In de tekstaanpassingen is aangesloten bij hetgeen in Standaard 701 voor kernpunten van de controle is geregeld. Ook daar zien we in de praktijk dat het opnemen van uitkomsten en waarnemingen steeds meer terrein heeft gewonnen. Wel is besloten – vanwege het belang van dit punt – over een jaar te evalueren of het opnemen van uitkomsten en waarnemingen alsnog verplicht moet worden gesteld.
Toevoegen van Standaard 250 aan fraude
De meeste respondenten zijn het eens om de reikwijdte van de verplichte rapportering vooralsnog te beperken tot fraude. Onmiskenbaar is dat een groot aantal situaties waarin wet- en regelgeving niet wordt nageleefd, een directe relatie heeft met fraude. De reikwijdte van Standaard 250 is echter dermate breed dat deze toevoeging niet zonder meer kan worden overgenomen. Het bestuur beseft dat de verplichtstelling om te rapporteren over fraude een opstap kan zijn om na de evaluatie over twee jaar de reikwijdte van de verplichte rapportering uit te breiden met het niet naleven van wet- en regelgeving. Door de verplichte rapportering vooralsnog te beperken tot fraude sluit het bestuur ook aan bij de ontwikkelingen op dit terrein binnen de IAASB.
Hoe nu verder?
Uit de consultatiereacties komt veelvuldig de roep en noodzaak om verdere guidance. De door het bestuur nu goedgekeurde aanpassingen in de NV COS zijn een onderdeel van een veel bredere agenda samen met de Stuurgroep Publiek Belang op het gebied van continuïteit en fraude. Door de onder de Stuurgroep opererende werkgroepen Continuïteit en Fraude zullen op korte termijn nadere instructies worden uitgebracht in de vorm van stappenplannen (hoe te rapporteren in welk scenario) alsmede bijbehorende voorbeeldteksten.