Wat kan je leren van dilemma's?

Fonteijn: ‘Ik ben dol op dilemma’s. Als bestuurder zou ik willen dat ze meer worden gedeeld. Medewerkers willen je graag panklare oplossingen presenteren. Dat lijkt daadkrachtig maar dilemma’s brengen juist iets extra’s. Het scherpt je analyse. Het dwingt je om je gedachten te ordenen. Ik kan het beste nadenken als ik alleen ben. Als het een ingewikkeld dilemma is ga ik wandelen of fietsen om mijn hoofd leeg te maken. Ik maak geen lijstje met voor- en nadelen maar vertrouw meer op mijn onderbuikgevoel. Ik ben erg intuïtief als het om dilemma’s gaat. Wat helpt is dat ik er in mijn vroegere werk als advocaat veel mee te maken heb gehad. Ga ik schikken of procederen? Wat is beter voor mijn client? Wat doe je als een client iets wil wat je zelf onzin vindt? Dergelijke vraagstukken hebben mij gevormd.’

De Vries: ‘Hoe je omgaat met een dilemma wordt beïnvloed door je omgeving maar ook je persoonlijke ontwikkeling. Je moet voor jezelf ruimte creëren. Je dag wordt gedomineerd door afspraken en korte termijn doelen. Dilemma’s hebben juist tijd nodig.  Daarom is die DilemmApp belangrijk. Je wordt niet alleen geïnspireerd door de voorbeelden en de verschillende keuzes maar je ziet ook wat anderen doen. Ik ben vorig jaar gepromoveerd op een onderzoek waarin ik onder andere keek naar lastige situaties die trainees hebben meegemaakt in hun eerste jaar. Ze worstelen vooral met situaties waarin er spanning is tussen de kwaliteit van het werk en de tijdsdruk. Je wilt je werk goed doen maar de leidinggevende zegt dat het op tijd af moet. Negentig procent spreekt zich in zo’n geval niet uit. Laat ik maar doen wat de leidinggevende wil. Daar kunnen mensen lang last van hebben. Waarom heb ik mijn mond niet open gedaan? De beroepsopleiding heeft hier een belangrijke rol in. Daar heb je de tijd om met jaargenoten het gesprek aan te gaan over dilemma’s. Door die discussie sta je sterker in je schoenen als je met zo’n lastige situatie wordt geconfronteerd.’ 

Wat zijn dillema's waar je zelf mee heb geworsteld?

Fonteijn: ‘Toen ik vijftig was werd ik gevraagd om collegevoorzitter te worden van de OPTA, de toezichthouder op de telecommunicatie. Ik was op dat moment partner bij een groot advocatenkantoor. Mijn dilemma was: blijf ik het werk doen wat mij goed ligt of kies ik voor een sprong in het onbekende. Het was in financieel opzicht een flinke stap achteruit. Nadat ik er met mijn vrouw over had gesproken – zij vond dat ik het moest doen – heb ik op de fiets alle opties overwogen. Ik heb voor het avontuur gekozen. Hoe leuk ik de advocatuur ook vond, het idee om tot mijn pensioen bij hetzelfde kantoor te blijven stond mij tegen. Wat de doorslag gaf was het publieke belang dat je als toezichthouder dient. Mijn vader was een hoge ambtenaar. Misschien zit dat in je DNA.’ 

De Vries: ‘De uitdagingen die mij echt laten gruwelen, zijn zeldzaam. Als consultant werk ik meestal met strategische vraagstukken, waar ik me comfortabel bij voel. Maar mijn ongemak begint te knagen wanneer ik geconfronteerd word met situaties binnen organisaties die mijn eigen normen en waarden uitdagen. Een voorbeeld hiervan iets verder uit het verleden was een opdracht voor een NGO in een gebied van wederopbouw waarbij aanzienlijke tarieven werden gehanteerd. Tarieven die normaal zouden zijn bij ons in het Westen, maar die ten koste gingen van de directe hulpverlening. Ik vond dat verontrustend. Hier ontstond voor mij een dilemma. Hoe kun je effectieve hulp bieden zonder de juist zó essentiële middelen af te romen? Ik heb geprobeerd de dialoog hierover aan te gaan, maar in de realiteit van alledag was daar weinig ruimte voor. Wat ik er van leerde is dat het voor mij belangrijk is om te werken in omgevingen waar ruimte en tijd is voor reflectie op dilemma’s. Hier let ik op bij de keuzes die ik nu maak.’