FAQ's Continuïteit
- Label
- FAQ's en helpdesk
- Laatst gewijzigd
- 07-03-2024
- Tags
- Continuïteit
FAQ's
Jaarrekening / verslaggevingskader
Jaarrekeningen worden opgesteld op basis van het continuïteitsbeginsel tenzij discontinuïteit onontkoombaar is, bijvoorbeeld in het geval dat een organisatie op een faillissement afstevent en er geen redding in zicht is. Dit scenario kan voor een kleine groep organisaties van toepassing zijn.
Voor veel organisaties zal gelden dat door de recente crises de onzekerheden zijn toegenomen maar dat de organisatie nog wel op eigen kracht, dan wel met medewerking van belanghebbenden (met name financiers, aandeelhouders en de overheid), de activiteiten kan voortzetten.
Dit laatste onderscheid is voor de verslaglegging van groot belang. Indien de organisatie op eigen kracht (bijvoorbeeld door een reorganisatie) haar voortbestaan kan bewerkstelligen is geen sprake van materiële onzekerheid over de continuïteit.
Indien de organisatie, rekening houdend met maatregelen die de organisatie zelf heeft ingezet, alleen nog met medewerking van derden (bijvoorbeeld een bank die een opeisbare schuld niet opeist of de overheid die de steunmaatregelen voortzet) kan blijven voortbestaan, en deze medewerking nog niet is verkregen bij het opmaken van de jaarrekening, maar dat er wel een reële kans bestaat dat het geheel van de werkzaamheden van de organisatie zal kunnen worden voortgezet, is sprake van materiële onzekerheid omtrent de continuïteit (ook wel onzekerheid van materieel belang genoemd).
Bij de beoordeling of sprake is van materiële onzekerheid dienen alle feiten en omstandigheden te worden meegewogen. Alleen wanneer de kans dat de benodigde medewerking (alsnog) kan worden verkregen, op basis van de specifieke feiten en omstandigheden ‘voldoende aannemelijk’ is, leidt dit niet tot materiële onzekerheid over de continuïteit. Het feit dat een ijsverkoper/verkoopster ijsjes moet verkopen en het uiteraard onzeker is hoeveel er worden verkocht, kwalificeert niet als onzekerheid van materieel belang. Gebruikers worden geacht dit te weten, en als ze het bedrijfsmodel van de entiteit begrijpen zal dat normaal gesproken hun beslissingen niet beïnvloeden. Hetzelfde geldt ook voor het verlengen van een bedrijfshypotheek, waarbij er redelijkerwijs geen discussie is over de verlenging. Ook als duidelijk is dat de bank de direct opeisbare schuld niet zal opeisen, dat een aandeelhouder financiële steun heeft toegezegd of dat overheidssteun zeker is, zal er geen sprake zijn van een onzekerheid van materieel belang.
Zowel IFRS als Titel 9/RJ schrijven voor dat bij materiële onzekerheid de (materiële) onzekerheden goed moeten worden toegelicht in de jaarrekening. Daarnaast moeten belangrijke oordelen, schattingen en veronderstellingen, dus ook specifiek betrekking hebbend op continuïteit, worden toegelicht (RJ 135.203 en RJ 110.129 / IAS 1.122 en IAS 1.125).
Gevoeligheidsanalyses en de randvoorwaarden voor de organisatie om te overleven moeten hier inzicht in geven. Voor belanghebbenden zijn naast de beste inschatting van het management, scenario’s die de uitersten weergeven van enerzijds een langdurige terugval (hoe lang kan de organisatie dit volhouden) en anderzijds een snelle terugkeer naar het oude niveau relevant. Een kwalitatieve analyse is in dit kader even belangrijk dan een kwantitatieve analyse. Immers de kasstroomprognoses die aan de continuïteitsveronderstelling ten grondslag liggen, kunnen van dag tot dag veranderen. Daarom moet het management transparant inzicht geven in de uitgangspunten en veronderstellingen die het management bij de going-concern-analyse heeft gehanteerd. De mate van diepgang is afhankelijk van de ernst van de problematiek.
Zo kunnen vier situaties ontstaan ten aanzien van de continuïteitsveronderstelling, zie onderstaande tabel uit paragraaf 4.1.2 van de NBA-handreiking 1147 Gevolgen coronapandemie voor accountants.
Gezondheids-graad organisatie | Geen bedreiging van de continuïteit | Gerede vragen over de continuïteit maar de organisatie kan de problemen op eigen kracht oplossen; geen onzekerheid van materieel belang | Onzekerheid van materieel belang over de continuïteit | Discontinuïteit onont-koombaar |
Grondslag basis jaarrekening | Jaarrekening o.b.v. continuïteitsveronderstelling | Liquidatie-basis | ||
Vereisten aan toelichting | Geen toelichting op de continuïteit verplicht | Adequate toelichting op belangrijke oordelen, schattingen en veronderstellingen voor zover vereist door stelsel financiële verslaggeving | Adequate toelichting op onzekerheid van materieel belang alsmede op belangrijke oordelen, schattingen en veronderstellingen voor zover vereist door stelsel financiële verslaggeving | |
Controle-verklaring (mits goed toegelicht in de jaarrekening) | Goedkeurend | Goedkeurend (met onverplichte paragraaf ter benadrukking of overige aange-legenheden) | Goedkeurend met verplichte sectie materiële onzekerheid | Goedkeurend (met onverplichte paragraaf ter benadrukking) |
Impact gevolgen oorlog Oekraïne/sanctiewetgeving
Het is noodzakelijk dat ondernemingen de onzekerheden t.a.v. de oorlog in Oekraïne/sanctiewetgeving uiteenzetten in de jaarrekening, en in de risicoparagraaf en de toekomstparagraaf van het bestuursverslag. Wij verwijzen hier ook naar Alert 45, die ingaat op de gevolgen van de oorlog in Oekraïne en de sanctiewetgeving voor accountants.
Onderzoeken van continuïteitsrisico’s bij samenstellen jaarrekening
Samenstellende accountants zullen hun opdrachtgevers vaak moeten helpen bij het inschatten van de situatie en bij het goed toelichten hiervan in de jaarrekening.
Het is belangrijk daarbij niet alleen kwantitatieve gegevens te verstrekken op basis van de beste inschatting, maar juist ook om helder te zijn over de gekozen uitgangspunten en de gevolgen als de uitgangspunten niet uitkomen.
Van iedere lezer van een jaarrekening mag verwacht worden dat de lezer begrijpt dat verwachtingen, ook die met betrekking tot de continuïteit, onzeker zijn. De verwachting is dat die lezer wel graag wil begrijpen hoe gevoelig de onderneming hiervoor is en hoe afhankelijk de onderneming is van bijvoorbeeld staatssteun. Daarom is de nadruk op kwalitatieve gegevens net zo belangrijk dan op kwantitatieve gegevens.
Uiteraard moet een samenstellende accountant er voor waken dat onrealistische verwachtingen worden geschapen. Er zullen ondernemingen zijn die (helaas) geen realistische kans op continuïteit hebben. Een jaarrekening zal daar dan ook helder over moeten zijn.
De accountant met een samenstellingsopdracht kan overwegen om in de verklaring te verwijzen naar de toelichting op een onzekerheid van materieel belang in de jaarrekening.
Onderzoeken van continuïteitsrisico’s bij controleren jaarrekening
Standaard 700 gaat over het vormen van een oordeel en het rapporteren over financiële overzichten. In december 2021 is Standaard 700 aangepast. Op grond van de aangepaste Standaard 700.29A dienen accountants in controleverklaringen behorend bij een volledige set van financiële overzichten voor algemene doeleinden, voortaan een sectie ‘Controleaanpak continuïteit’ op te nemen. Deze verplichting is ingevoerd voor controleverklaringen bij financiële overzichten met een rapporteringsperiode aangevangen op of na 15 december 2021. Eerdere toepassing is mogelijk en wordt aanbevolen. Wij verwijzen in dit kader ook naar de NBA Handreiking 1151 'Rapporteren over de controleaanpak continuïteit in de controleverklaring'.
In Standaard 570 (Continuïteit) zijn de vereisten voor de controle van de continuïteitsveronderstelling opgenomen. De accountant beoordeelt de schriftelijke onderbouwing van de inschatting en de positie van het bestuur/management. De gevolgen van de inschatting met betrekking tot de continuïteit voor de controleverklaring zijn opgenomen in bovenstaande tabel.
De accountant dient alert te zijn in welk scenario de organisatie zich bevindt. Als gevolg van de coronapandemie en de oorlog in Oekraïne mag verwacht worden dat meer organisaties in een situatie van materiële onzekerheid terecht zijn gekomen dan normaal het geval is. Deze inschatting moet op het moment van afgifte van de verklaring worden (her)overwogen op basis van alle beschikbare informatie voor ten minste een periode van 12 maanden vanaf balansdatum, waarbij het nodig kan zijn om ook een langere tijdshorizon in de beoordeling te betrekken [1].
Bij materiële onzekerheid zal de accountant een verplichte sectie materiële onzekerheid omtrent de continuïteit opnemen in de verklaring waarbij de accountant verwijst naar de onzekerheid, zoals uiteengezet in de jaarrekening. We kunnen ons voorstellen dat, gelet op de relevantie voor belanghebbenden van de impact van corona of de oorlog in Oekraïne op de continuïteit, om ook wanneer weliswaar van materiële onzekerheid geen sprake is, maar wel naarmate de schattingen van het management onzekerder zijn, eerder dan voorheen een (onverplichte) paragraaf ter benadrukking op te nemen op basis van Standaard 706 (Paragrafen ter benadrukking). Ook hier wordt verwezen naar de informatie die door de onderneming wordt gegeven. Wanneer de situatie dat rechtvaardigt zal bij toepassing van de uitgebreide controleverklaring, continuïteit een kernpunt van de controle zijn. Bij de beoordeling van de toekomstparagraaf in het bestuursverslag moet de accountant in het kader van Standaard 720 (verantwoordelijkheid van de accountant andere informatie) alert zijn op materiële inconsistenties met de jaarrekening en andere kennis die de accountant tijdens de controle heeft verkregen.
Het onderstaande schema geeft een verdergaand overzicht van de verschillende varianten van de controleverklaring in relatie tot onzekerheid van materieel belang over de continuïteit.
Visie Bestuur | Visie Accountant | Toegepaste waarderings-grondslagen | Toelichting op onzekerheid van materieel belang | Controle-verklaring |
Positief | Positief | Continuïteit | n.v.t. | Goedkeurend |
Positief | Onzeker | Continuïteit | Niet toereikend | Met beperking/ afkeurend |
Positief | Negatief | Continuïteit | Niet toereikend | Afkeurend |
Onzeker | Onzeker | Continuïteit | Toereikend | Goedkeurend met sectie materiële onzekerheid |
Onzeker | Onzeker | Continuïteit | Niet toereikend | Met beperking/ afkeurend |
Onzeker | Negatief | Continuïteit | Niet toereikend | Afkeurend |
Positief of onzeker | Niet voldoende en geschikte controle informatie | Continuïteit | Niet te bepalen | Oordeel-onthouding |
Negatief | Negatief | Continuïteit | Niet toereikend | Afkeurend |
Negatief | Negatief | Liquidatiebasis | Toereikend | Goedkeurend, eventueel met een toelichtende paragraaf |
[1] In het whitepaper van de NBA over continuïteit wordt voor de toekomst voorgesteld om als startdatum voor de 12-maandsperiode de datum van opmaak jaarrekening te hanteren. Het kan goed zijn om deze te hanteren, maar dit is niet verplicht. Wat wel verplicht is om na te gaan of er extra informatie beschikbaar is na de verplichte evaluatieperiode die vragen kan op roepen over de continuïteit. Als de jaarrekening pas laat wordt opgemaakt, is het extra belangrijk om na te gaan of deze informatie er is.
Geplaatst: 7 augustus 2023 (15:05 uur)
Jaarrekening / verslaggevingskader
Jaarrekeningen worden opgesteld op basis van het continuïteitsbeginsel tenzij discontinuïteit onontkoombaar is, bijvoorbeeld in het geval dat een organisatie op een faillissement afstevent en er geen redding in zicht is. Dit scenario kan voor een kleine groep organisaties van toepassing zijn.
Voor veel organisaties zal gelden dat door de recente crises de onzekerheden zijn toegenomen maar dat de organisatie nog wel op eigen kracht, dan wel met medewerking van belanghebbenden (met name financiers, aandeelhouders en de overheid), de activiteiten kan voortzetten.
Dit laatste onderscheid is voor de verslaglegging van groot belang. Indien de organisatie op eigen kracht (bijvoorbeeld door een reorganisatie) haar voortbestaan kan bewerkstelligen is geen sprake van gerede twijfel.
Indien de organisatie, rekening houdend met maatregelen die de organisatie zelf heeft ingezet, alleen nog met medewerking van derden (bijvoorbeeld een bank die een opeisbare schuld niet opeist of de overheid die de steunmaatregelen voortzet) kan blijven voortbestaan, en deze medewerking nog niet is verkregen bij het opmaken van de jaarrekening, maar dat er wel een reële kans bestaat dat het geheel van de werkzaamheden van de organisatie zal kunnen worden voortgezet, is sprake van gerede twijfel omtrent de continuïteit (ook wel onzekerheid van materieel belang genoemd).
Bij de beoordeling of sprake is van gerede twijfel dienen alle feiten en omstandigheden te worden meegewogen. Als het zeer aannemelijk is dat de medewerking wel wordt verkregen dan is er geen sprake van onzekerheid van materieel belang. Het feit dat een ijsverkoper/verkoopster ijsjes moet verkopen en het uiteraard onzeker is hoeveel er worden verkocht, kwalificeert niet als onzekerheid van materieel belang. Gebruikers worden geacht dit te weten, en als ze het bedrijfsmodel van de entiteit begrijpen zal dat normaal gesproken hun beslissingen niet beïnvloeden. Hetzelfde geldt ook voor het verlengen van een bedrijfshypotheek, waarbij er redelijkerwijs geen discussie is over de verlenging. Ook als duidelijk is dat de bank de direct opeisbare schuld niet zal opeisen, dat een aandeelhouder financiële steun heeft toegezegd of dat overheidssteun zeker is, zal er geen sprake zijn van een onzekerheid van materieel belang.
Zowel IFRS als Titel 9/RJ schrijven voor dat bij gerede twijfel de (materiële) onzekerheden goed moeten worden toegelicht in de jaarrekening. Daarnaast moeten belangrijke oordelen, schattingen en veronderstellingen, dus ook specifiek betrekking hebbend op continuïteit, worden toegelicht (RJ 135.203 en RJ 110.129 / IAS 1.122 en IAS 1.125).
Gevoeligheidsanalyses en de randvoorwaarden voor de organisatie om te overleven moeten hier inzicht in geven. Voor belanghebbenden zijn naast de beste inschatting van het management, scenario’s die de uitersten weergeven van enerzijds een langdurige terugval (hoe lang kan de organisatie dit volhouden) en anderzijds een snelle terugkeer naar het oude niveau relevant. Een kwalitatieve analyse is in dit kader even belangrijk dan een kwantitatieve analyse. Immers de kasstroomprognoses die aan de continuïteitsveronderstelling ten grondslag liggen, kunnen van dag tot dag veranderen. Daarom moet het management transparant inzicht geven in de uitgangspunten en veronderstellingen die het management bij de going-concern analyse heeft gehanteerd. De mate van diepgang is afhankelijk van de ernst van de problematiek.
Zo kunnen vier situaties ontstaan ten aanzien van de continuïteitsveronderstelling, zie onderstaande tabel uit paragraaf 4.1.2 van de NBA-Handreiking 1147 Gevolgen coronapandemie voor accountants.
Gezondheids-graad organisatie | Geen bedreiging van de continuïteit | Gerede vragen over de continuïteit maar de organisatie kan de problemen op eigen kracht oplossen; geen onzekerheid van materieel belang | Onzekerheid van materieel belang over de continuïteit | Discontinuïteit onontkoombaar |
Grondslag basis jaarrekening | Jaarrekening o.b.v. continuïteitsveronderstelling | Liquidatie-basis | ||
Vereisten aan toelichting | Geen toelichting op de continuïteit verplicht | Adequate toelichting op belangrijke oordelen, schattingen en veronderstellingen voor zover vereist door stelsel financiële verslaggeving | Adequate toelichting op onzekerheid van materieel belang alsmede op belangrijke oordelen, schattingen en veronderstellingen voor zover vereist door stelsel financiële verslaggeving | |
Controle-verklaring (mits goed toegelicht in de jaarrekening) | Goedkeurend | Goedkeurend (met onverplichte paragraaf ter benadrukking of overige aangelegenheden) | Goedkeurend met verplichte sectie materiële onzekerheid | Goedkeurend (met onverplichte paragraaf ter benadrukking) |
Impact gevolgen coronapandemie en oorlog Oekraïne/sanctiewetgeving
Voor de jaarrekeningen met een boekjaar ultimo 2019 en kort daarna was ten aanzien van de COVID-pandemie veelal nog sprake van een gebeurtenis na balansdatum die geen impact had op de situatie per einde boekjaar, waarbij de onzekerheid veelal alleen moest worden toegelicht. Dit geldt ook voor de gevolgen van de oorlog in Oekraïne en de sanctiewetgeving voor jaarrekeningen met een boekjaar ultimo 2021. Voor jaarrekeningen met boekjaren ultimo 2020 en daarna dienen de gevolgen van de corona-uitbraak, waar nodig, wel te worden verwerkt. Het is noodzakelijk dat ondernemingen de onzekerheden uiteenzetten in de jaarrekening, en in de risicoparagraaf en de toekomstparagraaf van het bestuursverslag. Wij verwijzen hier ook naar de Handreiking 1147 Gevolgen coronapandemie voor accountants en naar Alert 45, die ingaat op de gevolgen van de oorlog in Oekraïne en de sanctiewetgeving voor accountants.
Onderzoeken van continuïteitsrisico’s bij samenstellen jaarrekening
Samenstellende accountants zullen hun opdrachtgevers vaak moeten helpen bij het inschatten van de situatie en bij het goed toelichten hiervan in de jaarrekening.
Het is belangrijk daarbij niet alleen kwantitatieve gegevens te verstrekken op basis van de beste inschatting, maar juist ook om helder te zijn over de gekozen uitgangspunten en de gevolgen als de uitgangspunten niet uitkomen.
Van iedere lezer van een jaarrekening mag verwacht worden dat de lezer begrijpt dat verwachtingen, ook die met betrekking tot de continuïteit, onzeker zijn. De verwachting is dat die lezer wel graag wil begrijpen hoe gevoelig de onderneming hiervoor is en hoe afhankelijk de onderneming is van bijvoorbeeld staatssteun. Daarom is de nadruk op kwalitatieve gegevens net zo belangrijk dan op kwantitatieve gegevens.
Uiteraard moet een samenstellende accountant er voor waken dat onrealistische verwachtingen worden geschapen. Er zullen ondernemingen zijn die (helaas) geen realistische kans op continuïteit hebben. Een jaarrekening zal daar dan ook helder over moeten zijn.
De accountant met een samenstellingsopdracht kan overwegen om in de verklaring te verwijzen naar de toelichting op een onzekerheid van materieel belang in de jaarrekening.
Onderzoeken van continuïteitsrisico’s bij controleren jaarrekening
Standaard 700 gaat over het vormen van een oordeel en het rapporteren over financiële overzichten. In december 2021 is Standaard 700 aangepast. Op grond van de aangepaste Standaard 700.29A dienen accountants in controleverklaringen behorend bij een volledige set van financiële overzichten voor algemene doeleinden, voortaan een sectie ‘Controleaanpak continuïteit’ op te nemen. Deze verplichting is ingevoerd voor controleverklaringen bij financiële overzichten met een rapporteringsperiode aangevangen op of na 15 december 2021. Eerdere toepassing is mogelijk en wordt aanbevolen.
In Standaard 570 (Continuïteit) zijn de vereisten voor de controle van de continuïteitsveronderstelling opgenomen. De accountant beoordeelt de schriftelijke onderbouwing van de inschatting en de positie van het bestuur/management. De gevolgen van de inschatting met betrekking tot de continuïteit voor de controleverklaring zijn opgenomen in bovenstaande tabel.
De accountant dient alert te zijn in welk scenario de organisatie zich bevindt. Als gevolg van de coronapandemie en de oorlog in Oekraïne mag verwacht worden dat meer organisaties in een situatie van gerede twijfel terecht zijn gekomen dan normaal het geval is. Deze inschatting moet op het moment van afgifte van de verklaring worden (her)overwogen op basis van alle beschikbare informatie voor ten minste een periode van 12 maanden vanaf balansdatum, waarbij het nodig kan zijn om ook een langere tijdshorizon in de beoordeling te betrekken (1).
Bij gerede twijfel zal de accountant een verplichte sectie materiële onzekerheid omtrent de continuïteit opnemen in de verklaring waarbij de accountant verwijst naar de onzekerheid, zoals uiteengezet in de jaarrekening. We kunnen ons voorstellen dat, gelet op de relevantie voor belanghebbenden van de impact van corona of de oorlog in Oekraïne op de continuïteit, om ook wanneer weliswaar van gerede twijfel geen sprake is, maar wel naarmate de schattingen van het management onzekerder zijn, eerder dan voorheen een (onverplichte) paragraaf ter benadrukking op te nemen op basis van Standaard 706 (Paragrafen ter benadrukking). Ook hier wordt verwezen naar de informatie die door de onderneming wordt gegeven. Wanneer de situatie dat rechtvaardigt zal bij toepassing van de uitgebreide controleverklaring, continuïteit een kernpunt van de controle zijn. Bij de beoordeling van de toekomstparagraaf in het bestuursverslag moet de accountant in het kader van Standaard 720 (verantwoordelijkheid van de accountant andere informatie) alert zijn op materiële inconsistenties met de jaarrekening en andere kennis die de accountant tijdens de controle heeft verkregen.
Het onderstaande schema geeft een verdergaand overzicht van de verschillende varianten van de controleverklaring in relatie tot onzekerheid van materieel belang over de continuïteit.
Visie Bestuur | Visie Accountant | Toegepaste waarderings-grondslagen | Toelichting op onzekerheid van materieel belang | Controle-verklaring |
Positief | Positief | Continuïteit | n.v.t. | Goedkeurend |
Positief | Onzeker | Continuïteit | Niet toereikend | Met beperking/ afkeurend |
Positief | Negatief | Continuïteit | Niet toereikend | Afkeurend |
Onzeker | Onzeker | Continuïteit | Toereikend | Goedkeurend met sectie materiële onzekerheid |
Onzeker | Onzeker | Continuïteit | Niet toereikend | Met beperking/ afkeurend |
Onzeker | Negatief | Continuïteit | Niet toereikend | Afkeurend |
Positief of onzeker | Niet voldoende en geschikte controle informatie | Continuïteit | Niet te bepalen | Oordeel-onthouding |
Negatief | Negatief | Continuïteit | Niet toereikend | Afkeurend |
Negatief | Negatief | Liquidatiebasis | Toereikend | Goedkeurend, eventueel met een toelichtende paragraaf |
(1) In het whitepaper van de NBA over continuïteit wordt voor de toekomst voorgesteld om als startdatum voor de 12-maandsperiode de datum van opmaak jaarrekening te hanteren. Het kan goed zijn om deze te hanteren, maar dit is niet verplicht. Wat wel verplicht is om na te gaan of er extra informatie beschikbaar is na de verplichte evaluatieperiode die vragen kan op roepen over de continuïteit. Als de jaarrekening pas laat wordt opgemaakt, is het extra belangrijk om na te gaan of deze informatie er is.
Geplaatst: 5 april 2022 (12:50 uur)
Door de coronacrisis krijg ik in mijn accountantspraktijk veel vragen over de continuïteitsveronderstelling. Normaliter heb ik niet zo vaak met dit soort continuïteitsproblematiek te maken. Bestaat er een overzicht hoe ik hiermee om moet gaan in de jaarrekening 2020 en in de controleverklaring? Met name toepassing van Standaard 570 en 706 en termen als gerede twijfel, ernstige onzekerheid en onontkoombare discontinuïteit zou ik graag in samenhang verduidelijkt zien.
Antwoord
NBA Handreiking 1147 geeft antwoord op de meeste vragen rond de gevolgen van de coronapandemie voor accountants.
Maar bijgaand treft u een handzame samenvatting met een tabel overzicht die voor u is samengesteld voor de boekjaren eindigend op 31-12-2020. Het deel waarin de consequenties voor de jaarrekening zijn beschreven is ook voor de samenstelpraktijk relevant.
NB Aan het begin van de crisis hebben we een dergelijk overzicht ook gemaakt voor boekjaren eindigend op 31-12-2019.
Geplaatst: 22 februari 2021 (10:23 uur)
Vraag
Door de coronacrisis krijg ik in mijn accountantspraktijk veel vragen over de continuïteitsveronderstelling. Normaliter heb ik niet zo vaak met dit soort continuïteitsproblematiek te maken. Bestaat er een overzicht hoe ik hiermee om moet gaan in de jaarrekening 2019 en in de contoleverklaring? Met name toepassing van Standaard 570 en 706 en termen als gerede twijfel, ernstige onzekerheid en onontkoombare discontinuïteit zou ik graag in samenhang verduidelijkt zien.
Antwoord
NBA Alert 42 geeft antwoord op de meeste vragen. Maar verschillende accountants hebben vergelijkbare verzoeken gedaan. Zo kregen we diverse vragen van accountants uit de zorgsector, uit de samenstelpraktijk en uit de controlepraktijk.
Derhalve treft u onder onderstaande link een korte samenvatting en een tabel die een en ander overzichtelijk weergeeft. Het deel waarin de consequenties voor de jaarrekening zijn beschreven is dus ook voor de samenstelpraktijk relevant.
Geplaatst: 24 april 2020 (09:10 uur)
Update: 6 mei 2020 (10:32 uur)
Vraag
Ik gebruik in mijn praktijk een standaardbevestiging bij de jaarrekening om erkenning te krijgen van het management (LOR) en daarmee te voldoen aan COS 4410 paragraaf 37.
Is het bij een samenstellingsopdracht dan verstandig om de standaardtekst van de bevestiging bij de jaarrekening (LOR) aan te passen ten aanzien van de gevolgen van de coronapandemie voor de cliënt?
Antwoord
Op grond van COS 4410 dient de accountant vóórdat de samenstellingsverklaring wordt afgegeven een erkenning van het management te verkrijgen dat het de verantwoordelijkheid heeft genomen voor de definitieve versie van de samengestelde historische informatie.
Het is hierbij voor de accountant belangrijk om vast te stellen dat de jaarrekening door het management is begrepen en dat het management zich met de jaarrekening kan verenigen, zodat het die verantwoordelijkheid ook kan dragen.
Hierbij kan het bespreken van een schriftelijke, op de actuele situatie toegespitste bevestiging (LOR) behulpzaam zijn. Al is het maar om de aandachtspunten van dit moment gestructureerd onder de aandacht te kunnen brengen.
Nu er zoveel onzeker is als gevolg van de coronapandemie, kan een accountant van mening zijn dat er alleen verantwoordelijkheid voor de samenstellingsverklaring kan worden genomen als is vastgesteld dat aannames en besluitvorming die verwerkt zijn in de jaarrekening middels deze schriftelijke erkenning door het management ook wordt bevestigd.
Voorbeelden van situaties om met het management te bespreken en om de conclusies hiervan in het dossier vast te leggen.
Situatie 1 Geen twijfel of gerede twijfel
Het management heeft met uw hulp de jaarrekening toereikend opgesteld en toegelicht en de waarderingsgrondslag is op continuïteitstsbasis. Er is bij het management geen sprake van twijfel of gerede twijfel over de continuïteit als gevolg van de coronapandemie.
De erkenning van het management bevat dan bijvoorbeeld de volgende elementen:
- Bevestiging van het management dat er geen aanvullende uiteenzetting rond de gebeurtenis na balansdatum, zijnde de gevolgen van de coronapandemie, hoeft te worden opgenomen.
- Bevestiging dat er naar de beste inschatting en alle feiten en omstandigheden in ogenschouw genomen:
- geen sprake is van een ernstige onzekerheid m.b.t. de continuïteit;
- geen sprake is van onontkoombare discontinuïteit. - Bevestiging dat er volgens het management op basis van de huidige omstandigheden en genomen overheidsmaatregelen geen reden is om aan deze positieve continuïteitsveronderstelling te twijfelen.
- Bevestiging dat het management van mening is dat de grondslagen van waardering en resultaatbepaling gebaseerd dienen te worden op de veronderstelling van de continuïteit van de onderneming.
Situatie 2 Wel twijfel, maar geen gerede twijfel
Het management heeft met uw hulp de gebeurtenissen na balansdatum in de jaarrekening toereikend toegelicht en de waarderingsgrondslag is op continuïteitstsbasis. Er is bij het management wel sprake van twijfel maar niet van gerede twijfel over de continuïteit als gevolg van de coronapandemie.
De erkenning van het management bevat dan bijvoorbeeld de volgende elementen:
- Bevestiging van het management dat de toelichting in de jaarrekening (voor zover op dit moment mogelijk) een goede uiteenzetting geeft rond de omstandigheden en onzekerheden waarin de organisatie als gevolg van de coronapandemie verkeert.
- Bevestiging dat er naar de beste inschatting en alle feiten en omstandigheden in ogenschouw genomen:
- geen sprake is van een ernstige onzekerheid m.b.t. de continuïteit;
- geen sprake is van onontkoombare discontinuïteit. - Bevestiging dat er volgens het management op basis van de huidige omstandigheden en genomen overheidsmaatregelen geen reden is om aan deze positieve continuïteitsveronderstelling te twijfelen.
- Bevestiging dat het management van mening is dat de grondslagen van waardering en resultaatbepaling gebaseerd dienen te worden op de veronderstelling van de continuïteit van de onderneming.
Situatie 3 Gerede twijfel
Het management heeft met uw hulp een going-concernparagraaf in de waarderingsgrondslagen van de jaarrekening opgenomen en de waarderingsgrondslag is op continuïteitstsbasis. U neemt zelf een continuïteitsparagraaf op in de samenstellingsverklaring. Er is bij het management wel sprake van gerede twijfel over de continuïteit als gevolg van de coronapandemie.
De erkenning van het management bevat dan bijvoorbeeld de volgende elementen:
- Bevestiging van het management dat de continuïteitsparagraaf in de jaarrekening (voor zover op dit moment mogelijk) een goede uiteenzetting geeft rond omstandigheden en onzekerheden waarin de organisatie als gevolg van de coronapandemie verkeert.
- Bevestiging dat er naar de beste inschatting en alle feiten en omstandigheden in ogenschouw genomen:
- sprake is van een onzekerheid van materieel belang op grond waarvan twijfel zou kunnen bestaan over de continuïteit van de organisatie;
- geen sprake is van onontkoombare discontinuïteit. - Bevestiging dat zonder de nog onzekere medewerking van derden niet aan de verplichtingen kan worden voldaan waardoor het voortbestaan onzeker is.
- Bevestiging dat er volgens het management op basis van de huidige omstandigheden en genomen overheidsmaatregelen geen reden is om aan deze positieve continuïteitsveronderstelling te twijfelen.
- Bevestiging dat het management van mening is dat de grondslagen van waardering en resultaatbepaling gebaseerd dienen te worden op de veronderstelling van de continuïteit van de onderneming.
NB Daar waar management staat dient in voorkomende gevallen ook de met governance belaste personen te worden gelezen.
Geplaatst: 31 maart 2020 (15:30 uur)
Vraag
Situatie
Onze cliënt heeft een holding en een 100% werkmaatschappij. Die werkmaatschappij zal naar verwachting in 2020 een groot verlies maken. Dividenduitkering is op basis van een reële prognose in 2020 niet mogelijk op grond van de balanstest en de uitkeringstoets.
In de NBA Alert 42 staat: "Voor boekjaren of andere rapportages met een rapportagedatum van vóór eind februari 2020, kan de impact van de coronacrisis gezien worden als gebeurtenissen na balansdatum die niets zeggen over de situatie per balansdatum". Met andere woorden; de coronacrisis is een "non-adjusting event".
In een artikel van John Weerdenburg op Accountant.nl staat dat een wettelijke reserve deelneming wordt aangehouden voor zover de deelnemende vennootschap niet in staat is om de uitkering(en) zonder beperkingen te bewerkstelligen. Met andere woorden; de deelneming mag geen uitkeringen doen die tot gevolg hebben dat zij niet kan voortgaan met het betalen van haar opeisbare schulden.
De vraag is nu, hoe dit zich tot elkaar verhoudt voor de jaarrekening van de holding per 31-12-2019. Moet er gezien de situatie in 2020, uit voorzichtigheid, toch een aanpassing van de wettelijke reserve per 31-12-2019 plaatsvinden?
Antwoord
Deze vraag is voorgelegd aan de Commissie voor de jaarverslaggeving (CJ)/Raad voor de Jaarverslaggeving (RJ). Hun standpunt is als volgt:
COVID-19 is per 31-12-2019 een non-adjusting event; dit impliceert dat op balansdatum sprake is van vermelding van eventuele materiële gebeurtenissen na balansdatum. Geen verwerking dus.
Datzelfde geldt dan in het verlengde ook voor het resultaat deelneming bij de holding en de vorming van een wettelijke reserve deelnemingen in het kader van het niet (kunnen) uitkeren van dividend door de deelneming. Ook hier is dus sprake van een non-adjusting event.
Eventuele effecten van COVID-19 voor de uitkeerbaarheid in 2020 zouden eventueel bij de moeder in de toelichting kunnen worden uiteengezet. Mogelijk zal dit gezien de complexiteit op basis van professional judgement alleen in uitzonderingsgevallen kunnen plaatsvinden.
Uitkeringstoets
De uitkeringstoets die vereist is voor een dividenduitkering is geen verslaggevingsvraagstuk. Bij een concreet voornemen voor een dividenduitkering in 2020 zal de uitkeringstoets in 2020 moeten worden gedaan en dan zal rekening worden gehouden met COVID-19-effecten in 2020.
NB Een besluit tot uitkering dat niet voldoet aan de balanstest is nietig.
Geplaatst: 23 april 2020 (09:25 uur)
Antwoord
De WHOA (Wet Homologatie Onderhands Akkoord) is op 1 januari 2021 ingegaan binnen de Faillissementswet en helpt bedrijven die door hoge schulden failliet dreigen te gaan. Met de WHOA kunnen deze bedrijven een doorstart maken of gecontroleerd stoppen.
De wet regelt in de Faillissementswet dat de rechtbank een onderhands akkoord tussen een onderneming en zijn schuldeisers en aandeelhouders betreffende de herstructurering van schulden kan goedkeuren (homologeren). De homologatie betekent dat het akkoord verbindend is voor alle bij het akkoord betrokken schuldeisers en aandeelhouders. Zij die niet met het akkoord hebben ingestemd, kunnen toch aan het akkoord worden gebonden als de besluitvorming over en de inhoud van het akkoord aan bepaalde eisen voldoet. Dit wordt ook wel een dwangakkoord genoemd.
Op kvk.nl vindt u het stappenplan samen met de WHOA-routekaart. Het stappenplan gaat uit van de situatie dat de rechter akkoord geeft aan de voorgestelde schuldenregeling (homologatie).
De 7 stappen zijn:
- Leg afspraken vast in conceptakkoord (inschatting: vanaf 2 dagen tot maximaal 8 maanden).
- Leg conceptakkoord voor aan schuldeisers (1 dag).
- Organiseer een stemming (8 dagen).
- Deel verslag van stemming (7 dagen).
- Advocaat dient homologatieverzoek in bij rechtbank (1 dag, zo snel mogelijk).
- Bezwaarperiode (8 tot 14 dagen).
- Uitspraak rechter: homologatie akkoord (de rechter neemt na de zitting zo snel mogelijk een beslissing over het akkoord van uw klant).
De wetswijziging is van 7 oktober 2020.
Geplaatst: 11 januari 2020 (12:05 uur)